De Koude Oorlog

webquest / webkwestie

Leerkracht


In veel geschiedenismethodes wordt in de bovenbouw van het primair onderwijs nieuwste geschiedenis behandeld: de Tijd van de Wereldoorlogen (1900-1950) en de Tijd van de Koude oorlog (1950-2000). Het thema wereldmachten geeft een blik op machtsverhoudingen tussen en binnen landen. Zo wordt bijvoorbeeld de afloop van de tweede wereldoorlog behandeld en de daarop volgende koude oorlog. In de periode na de Koude Oorlog zijn de verhoudingen in de wereld veranderd. Waren de hoofdmachten in het derde kwart van de 20e eeuw vooral bezig met hun tegenstellingen, na 1985 kwam de nadruk te liggen op samenwerken.

In deze webquest wordt getracht een aanvulling te geven op het thema wereldmachten, waarbij ook het tijdpad 1980–2000 behandeld wordt. De webquest is gericht op kinderen uit de groepen 8 van de basisschool. Deze leerlingen kunnen zelfstandig met de computer werken en beheersen de basisbeginselen van het internet, zodat er leerlinggestuurd gewerkt kan worden. Door deze aanpak kan er op eigen tempo en in een eigen tijd gewerkt worden; de leerkracht kan zich richten op procesbegeleiding. Er kan voor gekozen worden de webquest in tweetallen te laten doorlopen, waardoor de leerlingen steun hebben aan elkaar en op verschillende gebieden van elkaar kunnen leren wat tot meer verdieping leidt. De sturende opdrachten zorgen ervoor dat er in beperkte tijd (ongeveer 2 uur) gericht gezocht, gelezen en geleerd kan worden. Deze gestructureerde manier van werken geeft houvast, zodat alle leerlingen de webquest op een goede manier kunnen afronden. Er wordt geleerd op een interactieve, vernieuwende manier die de motivatie bij kinderen verhoogt.

Vanuit maatschappelijk oogpunt is deze webquest over wereldmachten actueel.

Om een standpunt in te kunnen nemen over de huidige actualiteiten moeten kinderen deze gebeurtenissen begrijpen en kunnen plaatsen. Er is kennis en meningvorming nodig over de geschiedenis van wereldmachten als Rusland, Verenigde Staten en Europa. De gebeurtenissen van de afgelopen 5 jaar mogen niet ontbreken en ontwikkelingen in het Midden Oosten worden hierbij betrokken. De webquest is zo opgebouwd dat er makkelijk een stap naar de actualiteit gemaakt kan worden, maar deze uitbreiding is bewust niet in de webquest ingepast om datering te voorkomen. Op de leerkrachtsite zijn links opgenomen naar sites over de situatie in het Midden-Oosten.

Educatieve doelen

Het opstellen van de educatieve doelen is naar aanleiding van de kerndoelen geschiedenis, taal en media gebeurd.

Geschiedenis

    • De leerlingen kunnen de periode 1945-2000 op een tijdbalk plaatsen en de volgende gebeurtenissen invullen: einde WO2; koude oorlog; vietnamoorlog; veranderingen in Oost- Europa; Europese Unie, Euro.

    • De leerlingen gebruiken historische bronnen op het internet.

    • De leerlingen kunnen in grote lijnen de volgende historische gebeurtenissen en ontwikkelingen beschrijven: de koude oorlog; de Europese Unie en de veranderingen in Oost- Europa.

Nederlandse taal

    • De leerlingen beleven plezier aan het lezen en beschouwen van de opdrachten en internetsites.

    • De leerlingen schrijven een reisprogramma, waardoor zij hun mening, waardering of afkeuring leren weergeven

    • De leerlingen lezen informatieve teksten: hiermee oefenen ze het selecteren van hoofdzaken in een informatieve tekst.

    • De leerlingen schrijven een verslag waarbij ze aandacht besteden aan de spelling, zinsbouw en aan beeldende elementen.

Vakoverstijgende doelen

    • De leerlingen ontwikkelen belangstelling voor de wereld om hen heen en zijn gemotiveerd deze te onderzoeken met behulp van het internet.

    • De leerlingen gebruiken nieuwe media: ze oefenen het schrijven en bewerken van een tekst met een tekstverwerkingsprogramma en ze ervaren de mogelijkheden van digitale informatiemedia.

Organisatie

De leerlingen kunnen de webquest zelfstandig doorlopen. De werkwijze hangt sterk af van het aantal beschikbare pc’s. Wij stellen groepen van twee leerlingen voor. Op die wijze kan er uitwisseling van kennis plaatsvinden, en is er voldoende gelegenheid voor het trainen van zowel de lees-, schrijf- en ict-vaardigheden. In de ideale situatie heeft elke groep twee pc’s beschikbaar: één voor het doorlopen van de webquest, de andere voor het verwerken van de uitkomsten.

Het is de bedoeling dat de leerlingen het menu van boven naar onder doorlopen. De inhouden achter de knoppen 'werkwijze' en 'infobronnen' kunnen door elkaar gebruikt worden.

De leerlingen kunnen de uitkomsten in een Word-document typen. De wijze waarop het document bewaard wordt, is afhankelijk van de inrichting van de pc, en eventueel het netwerk.

Als het verslag klaar is, printen de leerlingen het en leveren het in bij de leerkracht.

Achter de knop 'beoordeling' zijn richtlijnen te vinden voor de beoordeling. Die zijn zowel voor de leerlingen als voor de leerkracht bestemd.